Mooie rondwandeling aan weerszijden van de Maas waarbij u vanuit Baarlo per veerpont oversteekt naar Steijl, langs de Maas Venlo bereikt en over de oude Maasbrug met zijn wachters van Tajiri via de Romeinenweerd in Blerick uiteindelijk weer terugkomt bij het startpunt. Uiteraard kunt u deze wandeling ook aan de overzijde van de Maas in Steijl starten, om vervolgens aan het eind van de wandeling dan de oversteek per veerpont te maken.
U start op de parkeerplaats van het restaurant De Heren van Baerlo, Vergelt 21 Baarlo nabij de oversteek per veerpont naar Steyl.
Eventuele pauzemogelijkheid bij Restaurant "De Werf", De Werf 1, 5911DK Venlo.
www.dewerf1.nl info@dewerf1.nl
De veerpont
Baarlo kent een eeuwenoude oversteek over de Maas. Deze zou reeds in de 14e eeuw hebben bestaan. De heren van Kessel, de heren van de Holtmühle en daarna de heren van de Berckt waren de bezitters van het veerrecht. Het pontje werd verpacht aan particulieren. Zij waren verantwoordelijk voor het onderhoud van het veer, het veilig overzetten van personen, dieren en goederen, het schoonhouden van de veerstoepen na hoogwater en het veilig aanleggen van het vaartuig. Het pontje had een lokaal en regionaal belang als schakel in de handelsverbindingen tussen het land van Gelre en Gulick. Tijdens oorlogsvoeringen speelde het een belangrijke rol bij het overzetten van troepen en materieel. Ook de postdienst die een hoofdkantoor in Tegelen had was aangewezen op het veer. Van 1702 tot 1717 was er sprake van een postverbinding tussen Tegelen en Baarlo en werd in Baarlo de postiljon overgezet. De dienst was vrijgesteld van veergeld. Tijdens de Franse overheersing werd het veerrecht afgeschaft (wet 6 Frimaire VII in 1798). Het eigendom van het recht ging over naar het Rijk. Na de Franse overheersing probeerde de adellijke familie d’Olne het recht op pacht terug te krijgen doch zij kreeg het veerrecht niet terug. In 1984 werd het Gewest Noord-Limburg de nieuwe eigenaar van de veerpont.
Venlo is een stad in het noordelijke deel van de Nederlandse provincie Limburg en de stedelijke kern van de gelijknamige gemeente. De stad telt 39.115 inwoners (per 2012, bron: CBS). Samen met het stadsdeel Blerick vormt Venlo het stedelijke gebied in de gemeente. Dit gebied heeft 66.735 inwoners (per 2012, bron: CBS). Blerick is echter vanouds een afzonderlijk dorp, dat pas tijdens de Tweede Wereldoorlog opgenomen is in de gemeente Venlo. De stad Venlo omvat alleen het gedeelte van de gemeente tussen de A73, de Duitse grens, de A67 en de Maas. Het enige stuk op de westelijke Maasoever dat van oudsher tot de stad Venlo behoort is het voormalige Kazerneterrein, dat ten noorden van de kern Blerick ligt. Andere kerkdorpen binnen de gemeente Venlo zijn: Hout-Blerick, Boekend, Tegelen, Steyl, Belfeld, Arcen, Velden en Lomm.
Venlo is een handels-, transport- en industriestad. De stad is het centrum voor de wijde omgeving alsmede koopcentrum voor het naburige Duitse Ruhrgebied. De gemeente Venlo grenst direct aan de Duitse districten Kleef en Viersen. Venlo is gelegen aan een bocht in de Maas en heeft een historisch centrum, al heeft de Tweede Wereldoorlog erg veel schade aangericht.
Venlo kent een karakteristiek stadsdialect, dat in grondslag nog wel Limburgs is, maar ook al enkele kenmerken heeft van de Brabants-Limburgse overgangsdialecten. Daarmee vormt het een overgangsdialect. Taalkundig wordt dit overgangsgebied aangeduid als het Noord-Limburgse mich-kwartier. De bewoners koesteren dit Venloos, dat algemeen wordt gebruikt. Mede de rijke carnavalstraditie, die liedjes in het Venloos zeer geliefd heeft gemaakt, houdt het Venloos levend.
Het Tegels onderscheidt zich duidelijk van het Venloos. Ik stond onder een boom bij de school klinkt in het Tegels als ich sjting ónger einen boum beej de sjoeël en in Venloos als ik stónd ónder einen boum beej de schoeël. Het Venloos heeft in Blerick het Blericks verdrongen, dat nu enkel nog te horen is in Hout-Blerick en Boekend. Het Veldense dialect heeft zich in de richting van het Venloos ontwikkeld en staat nu relatief dichtbij het Venloos. Het oude Blericks en Veldens bevonden zich in verschillende opzichten tussen het Tegels en het Venloos: ik stóng ónger einen boum beej de schoeël. Arcen is de noordelijkste plaats waar het Limburgs gesproken wordt; boven Arcen gaan de betoningslijn en de du (dich) / gij -grens Duitsland in. Het Arcens valt nog wel net binnen het mich-gebied, maar het heeft ook al wat meer de klankkleur van het Horster dialect; Arcens: ik stónd ónder ieënen boeëm beej de schoeël.
Venlo ligt op een strategische positie, op een belangrijke kruising van wegen bij een oversteekplaats over de Maas. De nederzetting werd al in de Vroeg-Romeinse tijd ((50 v. Chr.-70 na Chr.) bewoond. Er zijn diverse vondsten van aardewerk, munten en sieraden aangetroffen die wijzen op bewoning door Romeinse militairen en geromaniseerde handelaren. Archeologisch onderzoek in en langs de Maas laat de mogelijkheid open dat hier zelfs een brug heeft gelegen. Na de derde eeuw blijft de nederzetting bij de huidige binnenstad van Venlo een aantal eeuwen onbewoond. Er zijn geen sporen uit de Laat-Romeinse tijd bekend. Wel zijn er sporen van bewoning tot in de zevende eeuw gevonden aan de westzijde van de Maas, in Blerick, langs de noord-zuid verbinding Nijmegen-Maastricht-Tongeren.
Lange tijd werd ervan uitgegaan, dat het Duitse plaatsje Kaldenkirchen, net over de grens, de Romeinse legerplaats Sablones zou zijn geweest. In november 2010 liet de stadsarcheoloog van Venlo, Maarten Dolmans, zich tegenover Duitse media ontvallen dat het veel aannemelijker is dat Venlo zelf de Romeinse legerplaats is geweest.
In de middeleeuwen was de stad Venlo een belangrijke handelsplaats aan de Maas, zelfs te vergelijken met Duitse plaatsen als Keulen, Spiers en Worms. Venlo behoorde tot het Gelderse Overkwartier en die lid was van de Hanze. In 1481 trad Venlo tot het Hanzeverbond toe. Hoewel het Hanzeverbond toen al over zijn hoogtepunt heen was betekende Venlo's lidmaatschap toch een erkenning als tamelijk belangrijke handelsstad.
Het hertogdom Gelre kwam als laatste gewest bij de val van Venlo in 1543 de facto, en bij het Tractaat van Venlo de jure in handen van keizer Karel V, die het met de rest van zijn Nederlandse bezittingen verenigde. Vanaf 1590 was Gelre gesplitst in een noordelijk en een zuidelijk deel en behoorde het zuidelijke, het Overkwartier, tot de Zuidelijke Nederlanden. In de 17e eeuw was Venlo afwisselend Spaans en Staats bezit. De Spaanse Successieoorlog leidde vervolgens tot het Barrièretractaat, waarbij het Overkwartier tijdens de Vrede van Utrecht in 1713 werd opgedeeld tussen Pruisen, Oostenrijk en de Nederlandse Republiek. De stad werd onderdeel van de Republiek en kwam te liggen in het Generaliteitsland Staats-Opper-Gelre.
Heel Staats-Oppergelre werd in 1795 door de Fransen veroverd. Na hun vertrek ging Venlo tot de nieuwgevormde provincie Limburg behoren, binnen het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. Anders dan de rest van Limburg werd Venlo (evenals het gebied van de stad Maastricht) geen lid van de Duitse Bond. Bij de Belgische Opstand koos bijna geheel Limburg, en ook Venlo, de kant van de Belgen maar bij de vredesregeling werd Limburg gesplitst en kwam Venlo bij Nederland. Halverwege de 19de eeuw werden de stadsmuren gesloopt en breidde de stad zich flink uit over de buitengebieden en langs de toegangswegen. Op 9 november 1939 vond in Venlo het Venlo-incident plaats, waarbij twee Britse agenten door de Duitse Gestapo werden gevangengenomen. Aan het eind van de Tweede Wereldoorlog leed Venlo veel schade, mede doordat de frontlinie drie maanden lang door het centrum liep. Tot oktober 1944 was Venlo nauwelijks getroffen door de oorlog maar dat veranderde toen de gevechtsfronten Limburg naderden. Bij hevige geallieerde bombardementen op de strategische Maasbrug en het nabije Duitse vliegveld, werd ook het stadscentrum deels verwoest en kwamen veel burgers om. De stad werd op 1 maart 1945 bevrijd door de Amerikanen van de US 9th Army tijdens de operatie Grenade.
Theater de Maaspoort tot 2011
De nieuwe voorgevel
Een verwaarloosd stuk Venlo was tot voor kort de rechter Maasoever bij de binnenstad. Hier is in 2010 een nieuw stuk centrum geopend, de Maasboulevard. Het masterplan voor de Maasboulevard is ontworpen door Arno Meijs. In dit nieuwe gebouwencomplex zouden winkels, restaurants, cafés, woningen en een stadshotel komen. In praktijk is het een soort merkendorp geworden, met een enkele andere winkel. Wel is de woonfunctie redelijk goed ingevuld, al staan veel woningen nog leeg. In de zomer van 2011 wordt Theater de Maaspoort uitgebouwd en op de Maasboulevard aangesloten. Ook heeft in 2012 de Floriade in de regio Venlo plaatsgevonden.
In 2004 is bij graafwerkzaamheden voor de nieuwe Maasboulevard een middeleeuwse kelder ontdekt, die aanvankelijk voor een joodse mikwe werd gehouden (zie hieronder bij Bezienswaardigheden).
In januari 2008 werd bekendgemaakt dat Venlo een universitaire studie krijgt. Het gaat om de eerste universitaire opleiding ter wereld die zich richt op de filosofie voor milieuneutrale economie, genaamd cradle to cradle (C2C). De eerste lessen werden gegeven in 2011.[ Ook vestigen andere universiteiten enkele opleidingen in Venlo. Verder wordt Venlo de Europese hoofdstad voor de uitgifte van C2C-certificaten. Deze toekenning is gedaan door het Cradle to Cradle Products Innovations Institute in San Francisco.
In 2010 is verder begonnen met de ontwikkeling van de Maaswaard, ten zuiden van de stadsbrug. Tegen het einde van 2011 is het deelplan "Crescendo" gereed gekomen, waarna de eerste bewoners hun intrek namen in dit woonzorgcomplex. Verder staat in dit gebied het Nedinscogebouw, dat tegen het einde van 2011 in de steigers is gegaan voor renovatie. Als deze renovatie, volgens planning aan het eind van 2012, klaar is, zal het een mediahuis herbergen. De media die het pand gaan betrekken zijn in ieder geval Omroep Venlo en L1; de Venlose vestiging van Dagblad De Limburger was eveneens in het pand gepland, maar de krant heeft te kennen gegeven hiervan af te zien. Daarnaast worden er stadswoningen gerealiseerd, en neemt een aantal afdelingen van de gemeente haar intrek in 2 verdiepingen. De rest van de ambtenaren zal worden gehuisvest in het eveneens in de Maaswaard geplande nieuwe stadskantoor.
Shinkichi George Tajiri (Los Angeles, 7 december 1923 - Baarlo, 15 maart 2009) was een Nederlands-Amerikaanse beeldhouwer van Japanse afkomst (een nisei ofwel tweede-generatie-emigrant uit Japan). Ook hield hij zich bezig met schilderen, fotograferen en filmmaken.
Tajiri werd geboren in Watts, een arbeiderswijk van Los Angeles, als vijfde van de zeven kinderen van de issei (eerste-generatie-emigrant) Ryukichi Tajiri en Fuyo Kikuta die in 1906 en 1913 vanuit Japan naar de Verenigde Staten waren geëmigreerd. In 1936 verhuisde het gezin naar San Diego. Toen Tajiri vijftien was overleed zijn vader. In 1940 kreeg hij van Donal Hord zijn eerste lessen in beeldhouwen.
Oorlogsjaren
In 1942 werd Tajiri met veel andere Amerikanen van Japanse afkomst opgesloten, aanvankelijk in de paardenstallen van Santa Anita Racetrack en vervolgens in het concentratiekamp Poston "3" in Arizona. Een jaar later meldde hij zich als vrijwilliger aan voor het leger en werd hij naar Italië uitgezonden om te vechten. Op 9 juli 1944 raakte hij gewond tijdens een aanval op Castellina, waarna hij tot december werd verpleegd in een ziekenhuis in Rome. In 1945 was hij gestationeerd in achtereenvolgens Marseille, Nancy, Reims, Heidelberg en Seckenheim. In Mannheim had hij zijn eerste tentoonstelling. Begin januari 1946 werd Tajiri gedemobiliseerd, waarna hij zich bij zijn moeder en zuster in Chicago voegde. Hij nam een baantje bij een antiquair en studeerde aan het Art Institute of Chicago.
Nederland
Uit protest tegen de behandeling van zijn bevolkingsgroep tijdens de oorlog verliet Tajiri de Verenigde Staten in 1948. Hij kwam op 28 september van dat jaar in Le Havre aan en vestigde zich in de wijk Montparnasse van Parijs waar hij tijdens de oorlog al eens op verlof was geweest. Tot november 1949 studeerde hij bij Ossip Zadkine, vervolgens tot september 1950 bij Fernand Léger en daarna een jaar aan de Académie de la Grande Chaumière. Op 25 mei 1951 trouwde hij met Denise Martin, maar in 1954 werd het huwelijk ontbonden. Hij had intussen de Nederlandse beeldhouwster Ferdi Jansen uit Arnhem ontmoet met wie hij in 1956 naar Amsterdam verhuisde. In 1962 vestigde het gezin, dat inmiddels twee dochters telde, zich in kasteel Scheres te Baarlo. Jansen overleed in 1969. Tajiri zou in 1976 voor de derde maal in het huwelijk treden.
In 1949 kwam Tajiri in aanraking met de Cobra-groep en exposeerde met hen in het Stedelijk Museum in Amsterdam. Zijn eerste tentoonstelling sinds hij zich in 1956 in Nederland had gevestigd, vond plaats op de buitenplaats Hofwijck in Voorburg. Daar exposeerde hij samen met Wessel Couzijn en Carel Visser, onder auspiciën van De Nieuwe Ploeg'. In 1959 richtte hij, samen met Couzijn Hans Verhulst, Ben Guntenaar en Carel Kneulman, de Groep Amsterdam op. Tajiri werd uitgenodigd voor deelname aan documenta II van (1959), documenta III van 1964 en de 4. documenta van 1968 in de Duitse stad Kassel. Van 1969 tot 1989 was Tajiri hoogleraar aan de Hochschule für Bildende Künste in Berlijn.
Op 25 juni 2005 werd Tajiri benoemd tot ereburger van de gemeente Maasbree en op 7 december 2007 werd hij geridderd in de Orde van de Nederlandse Leeuw, vanwege zijn uitzonderlijke inzet en de cultuurhistorische betekenis van zijn activiteiten.
Op 2 mei 2007 onthulde koningin Beatrix in Venlo vier beelden van Tajiri. De zes meter hoge beelden staan aan weerszijden van de stadsbrug van Venlo. Deze brug, die een tijdens de oorlog opgeblazen brug vervangt, fungeert als verbinding van het stadscentrum en het stadsdeel Blerick, en de beelden fungeren als 'wachters' van de brug, en moeten de brug beschermen tegen oorlog en geweld.
In de binnentuin van het Cobra Museum legde Tajiri een Japanse kiezeltuin aan.
Shinkichi Tajiri kreeg op 7 december 2008 het Nederlandse staatsburgerschap en overleed in 2009 op 85-jarige leeftijd.
Rivierpark Baarlo-Blerick
Langs de Maas tussen Baarlo en Venlo ligt een vrijwel aaneengesloten lint van rivieroeverreservaten met grasland en ruigtes: Raayweiden, Blericker Nak, Romeinenweerd in Venlo-Blerick en het Berckterveld in Baarlo. Enkele plassen met eromheen wilgenbos bieden variatie.
Túra fotóalbuma
Túratérkép és magasságprofil
Megjegyzések
GPS trackek
Trackpoints-
GPX / Garmin Map Source (gpx) download
-
TCX / Garmin Training Center® (tcx) download
-
CRS / Garmin Training Center® (crs) download
-
Google Earth (kml) download
-
G7ToWin (g7t) download
-
TTQV (trk) download
-
Overlay (ovl) download
-
Fugawi (txt) download
-
Kompass (DAV) Track (tk) download
-
Túralap (pdf) download
-
Original file of the author (gpx) download