Rondwandeling vanuit Weert langs natuurgebied De Ijzeren Man, Kempen-Broek en het stroomgebied van de Tungelroyse beek.
Pauzemogelijkheid bij: Café Schutters-hoeve,Grote Steeg 10 6006 TE Alweerterheide
Weert (Limburgs: Wieërt) is een stad in de Nederlandse provincie Limburg en de stedelijke kern van de gelijknamige gemeente. De gemeente Weert grenst aan Noord-Brabant en België, daarom wordt de stad ook wel 'de poort van Limburg' genoemd. Verder ligt de stad bij de Peel en aan de Zuid-Willemsvaart. Weert kreeg stadsrechten in 1414.
Geografie
De stad Weert ligt in de gemeente Weert. Voor bestuurlijke en andere gemeentelijke informatie over de gemeente Weert, waar de stad Weert de hoofdplaats van is, zie: Weert (gemeente).
Andere kernen in de Gemeente Weert zijn:
Altweerterheide
Boshoven (tegenwoordig een stadsdeel)
Hushoven (tegenwoordig een buurtschap)
Laar
Stramproy
Swartbroek
Tungelroy
De naam 'Weert' geeft reeds aan hoe de plaats is ontstaan. 'Weert' is identiek aan waard: een stuk land, gelegen bij of te midden van wateren en moerassen, m.a.w. een ingedijkt stuk land. Dat de plaats deze naam ontving is heel begrijpelijk wanneer men bedenkt dat destijds deze streek zowel in het noorden, oosten als in het zuiden omgeven was door uitgestrekte Peelplassen en moerassen, die vroeger een veel grotere oppervlakte bestreken dan tegenwoordig. Tussen deze onbewoonbare wildernissen lag een hoog en droog eiland en hierop is Weert ontstaan. Het hele gebied werd onderscheiden in twee gedeelten: het hoger gedeelte ‘Overweert’ (thans Weert) en het lagere gedeelte Nederweert. In de omgeving van Weert hebben al sinds de prehistorie mensen gewoond. Dat blijkt uit vondsten uit de steentijd en de aanwezigheid van de resten van een groot urnenveld uit de late bronstijd op de Boshoverheide. Door middel van een verhard voetpad is dit urnenveld toegankelijk gemaakt. Tevens zijn er bewoningssporen uit de ijzertijd en de Romeinse tijd gevonden.
De plaats is ontstaan aan een knooppunt van wegen in het heide- en veengebied op de grens van Brabant en Limburg aan de rand van de Peel.
De Heren van Horne
Weert werd voor het eerst vermeld in een akte in 1062. Weert behoorde in die tijd tot het Graafschap Horn. Dit graafschap werd eerst bestuurd vanuit Horn, maar later werd Weert de hoofdplaats van het graafschap. Graaf Jacob Ι van Horne bouwde daarom in 1455 een nieuw kasteel, genaamd “De Neijenborg”. Dit kasteel heeft dienst gedaan, tot het in de Spaanse Successieoorlog in 1702 werd verwoest.
Economische ontwikkelingen
Tussen 1450 en 1550 kwam door de bescherming van de Graaf van Horne Weert tot een economische bloei. Vooral de lakenindustrie was erg belangrijk voor de Weerter economie. In deze tijd werd ook de Sint-Martinuskerk gebouwd. Na de dood van de laatste graaf van Horn, Filips van Montmorency, viel de bescherming voor Weert door de heren van Horne weg. Hierdoor kwam de stad in verval. Pas na de aanleg van de Zuid-Willemsvaart in 1825 en de IJzeren Rijn in 1879 kwam de economie weer tot bloei. In de 19e eeuw werd om de wateroverlast in het gebied te beteugelen het waterschap Het Land van Weert opgericht.
Na de Eerste Wereldoorlog kwam de industrialisatie van de stad opgang. De industrie werd langzaam belangrijker dan de landbouw en zo werd Weert een industriestad. Heden ten dage is de stad gedeeltelijk nog steeds als dusdanig te kenmerken.
Tweede Wereldoorlog in Weert
Weert maakte deel uit van de Peel-Raamstelling. De Peel-Raamstelling was een verdedigingslinie. Daarom werden er ook militairen naar Weert gestuurd. De Peel-Raamstelling was echter niet gebouwd om de Duitsers te verslaan, maar om de Duitsers zo lang tegen te houden dat de Franse troepen naar Nederland konden oprukken. Overal langs de Peel-Raamstelling werden mitrailleurs geplaatst en kazematten gebouwd. Dit waren de voornaamste verdedigingsmiddelen. In Weert stonden deze verdedigingsmiddelen vaak langs de Zuid-Willemsvaart (vooral bij bruggen). Deze stelling begon in het noorden bij het riviertje de Raam bij Grave. In het zuidelijke deel lag deze langs de Noordervaart en de Zuid-Willemsvaart. De stelling eindigde bij de zinkfabriek en het Ringselven in Budel-Dorplein. Dit betekent dat tussen de linie en de Belgische grens nog zo’n acht kilometer onverdedigd bleef. Het deel van Budel tot Sluis 13 werd het Vak Weert genoemd. Veel soldaten had deze linie niet. Slechts drie bataljons, enkele duizenden manschappen, verdedigden vanaf Dorplein tot aan Sluis 13 het Vak Weert. Van zuid naar noord zijn dat het 2de bataljon 41e Regiment Infanterie, het 4e grensbataljon en, bij Nederweert tot Sluis 13, het 1e bataljon 30e Regiment Infanterie. Hieruit kon worden opgemaakt dat er misschien een gevecht in Weert zou plaatsvinden. Vandaar dat Weert een grootschalige evacuatie had voorbereid. De voorbereidingen van de evacuatie waren zeer goed. Iedereen kreeg een evacuatieadres toegewezen. Men mocht er niet op eigen houtje heen gaan, maar men moest er in een groep naartoe, wat veiliger was. Om ervoor te zorgen dat binnen zo’n groep alles goed verliep, had men ook hoofd- en hulpgeleiders aangesteld. Ook kregen de inwoners van tevoren een boekje met voorschriften (regels), waarin duidelijk stond wat wel en niet mocht. Ook kregen de inwoners een soort identiteitsbewijs waarop stond tot welke groep ze behoorden. Er stond voorts op wat ze moesten meenemen aan spullen, zodat er niet te veel maar ook niet te weinig werd meegenomen. Om ervoor te zorgen dat het laadvermogen van vrachtwagens en auto’s goed benut werd, werden er auto’s en vrachtauto’s ingevorderd. Dit deed men ook omdat oudere mensen en zieken dan ook snel en goed geëvacueerd konden worden.
De inwoners van Weert werden goed geïnformeerd over de evacuatie en de oorlog die zou komen. Dat deed men door middel van aanplakbiljetten en brieven door heel Weert te verspreiden. Hierdoor was iedereen op de hoogte van de komende evacuatie.
De evacuatie zelf liep niet zo goed. Toen om 3 uur ’s nachts van 9 op 10 mei Duitse vliegtuigen overvlogen, wist men dat de oorlog heel dichtbij was. Toen Fortanier (commandant Vak Weert) hoorde dat de Maaslinie (dichtbij Roermond) was opgeheven, liet hij de bruggen van Weert opblazen. Maar de evacuatie was nog niet begonnen. Hierdoor konden mensen niet meer over de bruggen naar hun evacuatiebestemming. Daarom gingen toch veel mensen op eigen houtje naar vooral Altweerterheide en Tungelroy. Maar toen het in Altweerterheide door kanonnen ook gevaarlijk werd, vertrokken velen weer naar Tungelroy. De evacuatie verliep goed in die zin dat er geen doden vielen. De enige doden vielen onder degenen die zich te ver het oorlogsgebied in waagden.
De evacuatie was in elk geval echt nodig. In Weert waren toch wat gevechten. Er kwamen 7 burgers om, doordat ze zich te ver het oorloggebied in waagden. Als de inwoners van Weert gebleven waren, hadden dat er veel meer kunnen zijn.
Weert is omringd door vele bosgebieden. Hierdoor wordt Weert ook vaak "Weert, stad in het groen" genoemd.
In het Kempen~Broek wordt al twintig jaar hard gewerkt aan de versterking van natuur en recreatie. Met het klimaatproject in het Kempen~Broek worden nu nieuwe stappen gezet om losse natuurgebieden met elkaar te verbinden en waardevol water daarbinnen beter vast te houden.
Het centrale deel van het Kempen~Broek bestaat uit een noord-zuid lopende keten van natuurgebieden in het grensgebied van Belgisch en Nederlands Limburg en Brabant. Echt met elkaar verbonden zijn deze natuurgebieden nog niet. Wegen, kanalen en maïsakkers vormen barrières in het landschap. Er wordt door veel partijen gewerkt aan het overbruggen van die barrières, o.a. door de aanleg van een ecoduct over de autosnelweg A2, wildwaarschuwingssystemen langs andere wegen en uitstapplaatsen voor wild langs kanalen. Hoog op de agenda van het nieuwe klimaatproject staat de verwerving van zogenaamde sleutelhectares: de laatste paar honderd hectaren, die nog tussen de verschillende natuurgebieden in liggen. Met de aankoop van deze sleutelhectares ontstaat een doorlopende natuurverbinding. Dit is aantrekkelijk voor wandelaars en fietsers, maar het is ook van levensbelang voor duizenden planten- en diersoorten.
Schoon water op voorraad
Zoals de naam al zegt is het Kempen~Broek van oorsprong een kletsnat gebied; een laagte, waarin grote en kleinere beekjes vanuit uitgestrekte moerassen hun weg naar de Maas zochten. Dit moeras werkte als een spons die veel regen- en kwelwater opnam en geleidelijk weer vrijgaf. Door kanalisatie van beken en diepe ontwatering in de afgelopen eeuwen is een groot deel van de natuurlijke sponswerking verloren gegaan. Lang was dit een groot voordeel voor de landbouw, maar door klimaatverandering gaan we vaker te maken krijgen met extreme droogte enerzijds en hinderlijke overstromingen anderzijds. Water vasthouden in de moerassen aan de bovenloop van beken wordt daarom steeds belangrijker. Het klimaatproject biedt dankzij de uitbreiding van het natuuroppervlak in het Kempen~Broek , de mogelijkheid om de afvoer van water vertragen. Daardoor zal tijdens natte perioden in de steden en dorpen benedenstrooms minder wateroverlast optreden. In hete zomers kunnen de natte natuurgebieden water afgeven aan de omgeving; droogteschade in de landbouw wordt hierdoor beperkt. Water- en moerasplanten zuiveren bovendien het water, waardoor mens en natuur hier kunnen genieten van kraakheldere beekjes en plassen.
Doorstroommoerassen en broekbossen
De bijzondere waterkwaliteit en het afwisselende landschap vertalen zich in een grote biologische rijkdom. Naast weelderige broekbossen vol wielewalen en wespendieven, vinden we er schrale graslanden met bloeiende anjers en zeldzame parelmoervlinders. Door het schone kwelwater langer vast te houden kan de biodiversiteit nog verder toenemen. De overgangen tussen bos en grasland zijn nu nog vaak keihard, van elkaar gescheiden door prikkeldraad. Gevarieerde, natuurlijke bosranden, waarbij het bos via struweel en bloemenruigte geleidelijk overgaat in grasland, ontstaan door natuurlijke begrazing waarin paarden, runderen en herten een grote rol spelen. In het Stramprooierbroek zijn de eerste resultaten hiervan al te zien. Deze bosranden zijn rijk aan insecten, vogels en kleine zoogdieren.
Ook benieuwd wat er in het GrensPark Kempen~Broek allemaal gezien is aan flora en fauna?
Alle waarnemingen die aan de Belgische kant zijn gedaan zijn te zien op kempenbroek.waarnemingen.be. Voor waarnemingen aan de Nederlandse zijde kunt u terecht op kempenbroek.waarneming.nl.
Vrijwillige kavelruil
In het Kempen~Broek liggen natuurgebiedjes en landbouwgronden vaak dicht naast elkaar. Dat is onhandig, want de natuur is hier gebaat bij hoge grondwaterstanden, terwijl de landbouw het hele jaar door graag droge voeten houdt. Door landbouwenclaves uit het laaggelegen natuurgebied te ruilen kan iedereen aan zijn trekken komen. Gelukkig voor de boeren is er in het gebied veel goede ruilgrond beschikbaar; van de overheid of van collega’s die er mee ophouden. Via vrijwillige kavelruil zorgt dit klimaatproject niet alleen voor aantrekkelijke, natte natuurgebieden, maar ook voor een betere verkaveling van de landbouwgronden. Bovendien wordt afgegraven grond uit het natuurgebied gebruikt om landbouwpercelen te verbeteren. Tenslotte kunnen boeren die dat willen een rol spelen bij het beheer van de natuurgebieden.
Vier halen, één betalen
Niet alleen de natuur, maar ook recreatie, landbouw en waterbeheer profiteren van de maatregelen in het Kempen~Broek. Investeren in deze sectoren loont. Het vraagt om een geconcentreerde inzet van geld voor dit gebied. ARK, Habitura en het Regionaal Landschap Kempen en Maasland zijn erin geslaagd om, naast eigen middelen, ook externe geldstromen aan te boren van het Nederlandse Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu en de Europese Unie. Met financiële steun van de Nederlandse Provincie Limburg is zelfs een fonds voor grondverwerving opgezet dat zich zelf zal terugverdienen. Gaat er elders in de regio, bijvoorbeeld door woningbouw of wegverbreding natuur verloren, dan kan het betreffende bedrijf of de overheid dit compenseren door te investeren in natuurontwikkeling in het Kempen~Broek. Ook bedrijven die hun CO2-uitstoot willen compenseren met de aanleg van nieuwe natuur willen we vragen om juist in deze regio te investeren. Tenslotte moet een hechte samenwerking met de waterschappen ervoor zorgen dat ook watergeld optimaal benut wordt in deze natuurlijke spons.
Alle wandelpaden in Kempen~Broek zijn op eenzelfde manier bewegwijzerd. Je steekt ongemerkt de grens over. Wandelroutes vertrekken aan een startplek met parking. De routes zijn lusvormig zodat je hier na je tocht terug aankomt. Je kan alle lussen in twee richtingen wandelen.
Een lus herken je aan een kleur en bijhorend figuur. Bijvoorbeeld een oranje bol of een rode driehoek. Deze worden gedurende de hele wandeling op houten palen herhaald zodat je zonder zoeken op pad kan. Sommige lussen lopen een tijdje gelijk op. De palen dragen vaak meerdere symbolen. Je kan dus makkelijk op een andere lus overstappen! Je komt altijd terug uit op je startplek. De afstanden die bij een lus horen, staan steeds vermeld op het startbord en op de wandelkaart. De wandelkaart is een aanrader: je bent meer geïnformeerd over het gebied en je kan op elk moment zien waar je wandelt. Dat is wel handig als je halverwege op een nieuwe lus wil overstappen.
Op elke startplek vind je een overzichtsbord van de wandelroutes.
Hou je van een stevige wandeling? Dan is de lange afstandswandeling een test voor jou. In totaal is hij 104 kilometer, maar je kan op 7 plaatsen een inkorting kiezen.
Mappa itinerario e altimetria
Commenti
Tracce GPS
Punti di traccia-
GPX / Garmin Map Source (gpx) download
-
TCX / Garmin Training Center® (tcx) download
-
CRS / Garmin Training Center® (crs) download
-
Google Earth (kml) download
-
G7ToWin (g7t) download
-
TTQV (trk) download
-
Overlay (ovl) download
-
Fugawi (txt) download
-
Kompass (DAV) Track (tk) download
-
Scheda tecnica (pdf) download
-
File originale dell'autore (gpx) download