Mooie rondwandeling door de Maasvallei in Nederlands Limburg.
U start in Klein Meers op de parkeerplaats gelegen Kloosterstraat 18 en wandelt dan via een ontgrindingsgebied naarhet gehucht Maasband (slechts 3 straten), van daaruit naar Urmond (pauze), vervolgens via het Steinerbosch en Broek bij Stein (loopbruggen), oversteek Julianakanaal weer terug naar startplaats.
Pauzegelegenheid Hotel Vander Valk, Mauritslaan 65, 6129 EL Urmond.
Kleine Meers (Limburgs: Klein Meas) is een voormalig gehucht en nu een buurtschap van Meers in Zuid-Limburg. De buurtschap ligt in de gemeente Stein.Voorheen heette Meers Groot Meers om zich te onderscheiden van Klein Meers. Tegenwoordig is Klein Meers geheel aan Meers vast gegroeid.
Klein Meers ligt als een eiland tussen het Julianakanaal en de Maas.
Meers (Limburgs: Maes) is een dorp in de Nederlandse provincie Limburg met circa 1000 inwoners. Het is een van de vijf kerkdorpen van de gemeente Stein, bij de plaats horen ook de gehuchten Kleine Meers, Maasband en de buurtschap Veldschuur. Oorspronkelijk heette de plaats Groot- of Grote Meers ter onderscheiding van Kleine Meers, in de volksmond wordt deze oude benaming nog vrij regelmatig gebruikt en dat is ook te zien aan de gekozen Limburgse naam. De letterlijke betekenis van de plaatsnaam Meers is een moeras of laaggelegen weideland.
De plaats is gelegen op de oostelijke oever van de Maas die met een bocht om het dorp Meers loopt, opmerkelijk is dat de rivier bij het maken van deze bocht weer een klein stukje in zuidelijke richting stroomt. Door de aanleg van het Julianakanaal in de jaren twintig en dertig van de 20e eeuw kwam Meers ingesloten te liggen tussen dit kanaal en de rivier, het dorp wordt met Stein verbonden via een brug. Nabij het dorp ligt ook de brug van de snelweg E314, de circa twee kilometer lange Scharbergbrug. In het verleden heeft het dorp meerdere malen te maken gehad met dijkdoorbraken en overstromingen.
Aan de overzijde van de Maas liggen de Belgische plaatsen Mechelen aan de Maas en Kotem, deze zijn niet direct bereikbaar vanuit Meers. In de nabijheid van de Maas is de Bomencirkel van Meers aangelegd.
Meers heeft een eigen kerk en is sinds 1932 een zelfstandige parochie gewijd aan de H. Jozef, de Sint-Jozefkerk stamt uit 1910 en verving de in 1894 gebouwde houten noodkerk. Voorheen viel Meers onder het kerkelijk en gemeentelijk bestuur van Elsloo, de andere gehuchten (dus ook Kleine Meers) behoorden tot Stein.
Maasband (Limburgs: Maasbendj) is een dorpje in de Nederlandse provincie Limburg. Het valt onder de gemeente Stein en telt zo'n 140 inwoners.
Maasband bestaat uit drie straten, te weten de Maasbanderkerkweg, de Maasbandervaart en de Leutherhoekweg. Maasband telt één café, 't Piepke, maar dit is alleen nog open bij speciale gelegenheden. Het gehuchtje heeft geen kerk maar wel een kapelletje, op de hoek van de Maasbanderkerkweg en de Leutherhoekweg. Dit kapelletje is geplaatst ter ere van een dorpsbewoonster die in het begin van de 19e eeuw vermoord is op haar erf. Maasband heeft een eigen carnavalsvereniging, genaamd FC de Bokkeriejers (FC de Bokkenrijders). De leden van deze vereniging lopen elk jaar met carnaval mee in de optochten van Meers en Stein.
Urmond (Limburgs: Uermend of Werment) is een dorp in de Nederlandse gemeente Stein, gelegen in de provincie Limburg. Het dorp telt ongeveer 3500 inwoners. Een deel van het zogenaamde Oud-Urmond is beschermd dorpsgezicht.
De plaatsnaam Urmond komt in oorkonden uit de twaalfde eeuw voor als Overmunthe. Munthe was de naam voor een versterkte heuvel of vluchtheuvel. De naam Urmond heeft niet van doen met de monding van de Ur in de Maas, maar -mond verwijst naar berg. In de twaalfde eeuw lag de monding van de Ur veel westelijker.
Vroeger maakt Urmond deel uit van de bezittingen van de aartsbisschop van Keulen. Ten gevolge van een aantal oorlogen is het land verloren gegaan. In 1153 kwam het weer in handen van de aartsbisschop.
Samen met een aantal omringende dorpen maakte Urmond deel uit van het ambt Born. Dit gebied ging over van Gelderse in Gulikse en daarna in Franse handen.
Vanaf de dertiende eeuw ontwikkelde Urmond zich als handelsplaats. Dit kwam door de scheepvaart. De talrijke oorlogen in deze streek hebben voor een belangrijk deel de Maasvaart en -handel beïnvloed. Met name de Tachtigjarige Oorlog was een moeilijke tijd voor schippers.
In de loop van de tijd hebben niet alleen oorlogen, maar ook overstromingen en lage waterstanden gezorgd voor stillegging van de Maasvaart. Dit resulteerde uiteindelijk in de aanleg van het Julianakanaal en de Zuid-Willemsvaart. Samen met de spoorlijn vanuit Maastricht, waren dit de redenen voor het opdoeken van de haven.
In 1982 fuseerde de gemeente Urmond (Urmond, Urmond-Oost, Berg aan de Maas en Nattenhoven) met die van Stein en Elsloo tot de huidige gemeente Stein.
De Gulikse Vrijheid Urmond was gedeeltelijk omwald en bezat enkele poorten. De oudste vermelding van Urmond als Vrijheid dateert uit 1595. Tijdens de Franse bezetting werden in 1800 de voormalige Vrijheid Urmond en het dorp Berg aan de Maas samengevoegd tot een gemeente Urmond. Deze bleef bestaan tot de herindeling in 1982.
Urmond bevindt zich tussen de Maas en de A2 en wordt doorsneden door het Julianakanaal. Aan de andere zijde van de A2 bevindt zich het uitgestrekte terrein van DSM (Chemelot) en het natuurgebiedje de Heksenberg. Van noord naar zuid wordt Urmond ingeklemd door de dorpskernen van Berg aan de Maas en Stein.
Veel Urmondenaars zijn werkzaam bij het nabijgelegen DSM. Het marketing centre van dit bedrijf ligt zelfs in Urmond. Naast dit marketing centre ligt het grote Van der Valk hotel, dat ook een grote lokale werkgever is. In Urmond ligt verder nog een klein bedrijventerrein aan de zuidzijde van het dorp. Aan de Noordzijde bevindt zich nog een klein aantal boerenbedrijven. Hier is een nieuwe villawijk gepland (Bramert-Noord). Het gebied ligt pal langs de A2 met zicht op DSM. De geluidsoverlast in dit woongebied is echter zo groot dat een ontheffing nodig is om er te mogen bouwen. Door de aanleg van de villawijk wordt ook een cultuurlandschap (belvedère-gebied) aangetast.
Het plaatsje bezit drie rooms-katholieke kerken en één protestantse: de rooms-katholieke Terpkerk uit 1793 (de oude Sint-Martinuskerk), de Protestantse kerk uit 1685, de heden ten dage (najaar 2011) in gebruik zijnde Sint-Martinuskerk uit 1957 en de rooms-katholieke H. Antonius van Paduakerk die in 2008 aan de eredienst is onttrokken.
De kerk uit 1793 is aan de eredienst onttrokken, is eigendom van de Urmondse Monumentenstichting en wordt, met veel succes, gebruikt als expositieruimte.
Voorts kent Urmond enkele bezienswaardige woonhuizen, een standaardmolen (1803) en het schippershuis met gevel in renaissancestijl, daterend uit de zestiende eeuw.
Urmond heeft een groot aantal monumenten. De Urmondse Monumentenstichting draagt ook zorg voor de Terpkerk, Mariakapel, Barbarakapel en de Kruiskapel.
Heidekamppad
Inleiding
De geschiedenis van het Heidekamppark
Gipsdeponie: van stortplaats tot extensief recreatiegebied
Gipsdeponie duurzaam afgedekt
Inleiding
Drie vliegen in één klap! Een leuke wandeling maken, het een en ander leren over het landschap en de natuur waar je doorheen loopt en wat opsteken over klimaatverandering en klimaatadaptatie. Dat biedt het Heidekamppad.
Al bij de samenstelling van het wandelboek ‘Van Kingbeek tot Knup’ dat in 2010 is verschenen, had IVN Stein de wens om een wandeling dóór het Heidekamppark uit te zetten, in plaats van er om heen. Dankzij een subsidie uit het Actieprogramma Klimaatadaptatie van de provincie Limburg is dat vier jaar later gelukt.
Voor de overheid is klimaatverandering en de er aan gekoppelde klimaatadaptatie belangrijk. Dat klimaatverandering optreedt en problemen met zich meebrengt, is inmiddels een feit. We moeten ons bewust zijn dat er aanpassing (adaptatie) nodig is om die problemen het hoofd te bieden.
Tijdens deze wandeling komt u een aantal borden tegen die per thema informatie geven over de natuur, het landschap en de historie daarvan. Per thema geven die borden ook informatie over klimaatverandering.
De geschiedenis van het Heidekamppark
Op Boomfeestdag 2009 hebben leerlingen van de basisscholen de Maaskei Urmond en Kerensheide honderden struiken aangeplant in een deel van het nieuwe Heidekamppark tussen Stein en Urmond. Daarmee luidden de kinderen de laatste fase in van de aanleg van een prachtig nieuw wandel- en natuurgebied, dat de meesten toen nog kenden als ´de gipsdeponie´ of ´het stort´. Het gebied is toen verrijkt met 250 nieuwe bomen, 10.000 haagplanten en maar liefst 25.000 inheemse struiken. Het terrein was nog grotendeels een kale, modderige vlakte, maar toch in bezit genomen door talloze dieren. Er waren zelfs al Nijlgansen, vossen en reeën gesignaleerd!
Het Heidekamppark ligt tussen de Heidekampweg, de Nieuwe Postbaan, de Veestraat en de spoorlijn van Chemelot naar de haven. Het is één van de ‘groene voegen’ tussen de woonkernen langs het Julianakanaal, zoals het Armsterveld en het hellingbos tussen Geulle en Elsloo, het Urdal tussen Elsloo en Stein en de Graetheide tussen Urmond en Born.
Die groene voegen zijn niet alleen leuke wandelgebieden tussen de bebouwing, het zijn ook belangrijke ecologische zones voor flora en fauna. Dat zijn gebieden die grotere natuurgebieden min of meer met elkaar verbinden, zodat planten en dieren makkelijker op en neer kunnen reizen of op hun trektocht rustplaatsen vinden. Op Limburgse schaal zijn de groene voegen onderdeel van de ecologische zones tussen het dal van de Roode Beek en het Maasdal.
Historie
De naam Heidekamppark is niet uit de lucht gegrepen, maar heeft een historische betekenis. Om die betekenis te achterhalen moeten we terug naar de vroege Middeleeuwen; naar de tijd van Koning Swentibold om precies te zijn. De bewoners legden ‘wallen’ rondom hun dorpen, waar ze het vee ’s nachts konden binnenhouden om te beschermen tegen wilde dieren en rovers. Stukjes van die wallen zijn nog te vinden ten zuiden van Nieuwdorp en ten noorden van Kerensheide. Maar het weidegebied binnen de wallen werd uiteindelijk te klein voor al het vee en daarom gingen de boeren erbuiten veilige weides aanleggen die ze afsloten met dichte hagen. Dergelijk weides worden ‘kampen’ genoemd. En die kampen lagen op de (Graet)heide. Vandaar de naam Heidekamppark. Langs de Heidekampweg zijn die kampen nog goed te herkennen.
Recente geschiedenis
Eeuwenlang gebruikten de mensen het gebied in goede harmonie, maar later werden de dorpen steeds groter en kwamen er nieuwe dorpen bij en steeds meer land werd van de Graetheide afgeknabbeld. In de tijd van Napoleon ontstond daarover steeds meer wrevel tussen de omliggende gemeenschappen. Reden om in 1775 het ‘Graetheide congres’ te beleggen en te bespreken hoe het gebied zou worden verdeeld. De onenigheid daarover duurde door tot 1818 toen onder koning Willem 1 de gemeenten het eindelijk min of meer eens werden en tot een verdeelsleutel kwamen. Dat betekende echter niet het einde van alle perikelen. Pas in 1853 legden alle besturen zich neer bij de nieuwe gemeentegrenzen.
Uiteindelijk werd de hele Graetheide eigendom van particulieren, die hun gebiedjes naar eigen goeddunken gingen gebruiken. Als weide of akker, als woongebied of als wingebied voor belangrijke grondstoffen. Dat laatste is gebeurd met het gebied dat nu Heidekamppark heet. Ook nu moeten we weer even de geschiedenis induiken. Het Zuid-Limburgse mergel is een nalatenschap van de zee, die miljoenen jaren geleden de Nederlanden tot aan de Ardennen bedekte. Omdat het land steeds verder omhoog gedrukt werd, vloeide de zee langzaam weg naar het noordwesten. De zee werd gevolgd door rivieren, die op de zuidoostelijke hoogvlaktes en in de bergen ontsprongen. Een van die rivieren was de Maas. De Maas heeft in zijn lange geschiedenis over bijna heel Zuid-Limburg, van oost naar west, gestroomd. De rivier nam daarbij zand en grind mee en liet dat ook weer liggen. In heel Limburg zijn nu zand- en grindgroeves te vinden, zoals Sigrano bij Brunssum of ’t Rooth bij Margraten. En ook uit het Heidekamppark is zand en grind gewonnen. De diepe gaten die toen ontstonden zijn opgevuld met materiaal waar de mensen het meest dringend vanaf moesten: afval.
Het gat op de hoek van de Heidekampweg en de Veestraat heeft tientallen jaren dienst gedaan als vuilnisstort van de gemeente Stein. En in het veel grotere gat dat later bekend is geworden als ‘gipsdeponie’ is eerst door een kleinere ondernemer afval en later door DSM gips gestort. Omdat er in het begin nauwelijks regels waren voor het storten van afval en de opvolging van wel bestaande regels ook te wensen naliet, is een groot deel van het Heidekamppark niet volgens huidige inzichten gevuld met materialen.
Gelukkig zijn de overheid en bedrijven tot het inzicht gekomen dat het gebied een face lift moest krijgen. DSM heeft rioolslib opgegraven en dat is nu een bergingsbassin voor overtollig regenwater van dat hele gebied. De gebieden waar gips is gestort, zijn voorzien van een afdichtende laag. Daaroverheen zijn een paar meter schone grond gelegd. Onder de noemer ‘Grand Design’ hebben de gemeente en DSM ook de afspraak gemaakt om van de storten langs de Heidekampweg een wandelgebied te maken.
Een nieuw millennium
In het begin van het nieuwe millennium hebben DSM en de gemeente opdracht gegeven aan Groenplanning BV om een ontwerp te maken voor het nieuwe park. Landschapsarchitect Jan van de Mortel heeft zich met hart en ziel op die taak gestort. Hij is daarvoor eerst in de historie van het gebied gedoken, omdat zijn filosofie is dat je in het nieuwe ontwerp moet kunnen terugzien waar het gebied vroeger voor is gebruikt. In de strook langs de Heidekampweg en de Veestraat, die nu deels braak ligt en deels in gebruik is als akker- en weiland, blijven de oude kampen heel duidelijk zichtbaar aanwezig. Wat de ontwerper betreft mag de natuur daar ook zoveel mogelijk zijn gang gaan. Daar zijn ook diverse poelen gepland, die extra veel dieren zullen aantrekken. Langs de Veestraat is een natuurlijke vijver ontstaan, die niet alleen aantrekkingskracht heeft op wilde eenden en reigers, maar ook op de vrij zeldzame Nijlgansen. En in de modder er omheen zijn sporen van vossen en reeën gezien. De verschillende percelen blijven van elkaar gescheiden door hagen. Erdoorheen worden slingerende paden aangelegd, waardoor wandelaars lekker kunnen struinen.
Maar in het binnenterrein blijft het industriële verleden van het gebied goed zichtbaar door de inrichting. De voormalige storten zijn afgedekt met een waterdichte laag waarop enkele meters schone grond zijn gestort. Er is sprake van hoogteverschillen en er is een drainagesysteem aangelegd om regenwater af te voeren naar het bergingsbassin. Ook liggen er een paar asfaltwegen die nodig zijn voor het noodzakelijke onderhoud en de jaarlijkse maaibeurten. Het gebied wordt ingezaaid met gras en beplant met inheemse bomen als els, walnoot, linde en beuk. Op de verhoogde delen worden allerlei inheemse struiken aangeplant, zoals hazelaar, kornoelje, hondsroos en liguster en bomen als de eik, de vuilboom en de kers. De taluds rondom het gebied krijgen een beplanting van kardinaalsmuts, sneeuwbal en krent. Ook worden er nieuwe hagen aangeplant van liguster en gemengde Limburgse haagstruiken (met onder meer meidoorn en sleedoorn).
Nadat Bodemzorg BV eigenaar is geworden van het gebied en de gemeente Stein het beheer en onderhoud op zich heeft genomen, is er nog meer opgeknapt. Zo heeft de Stichting Instandhouding Kleine Landschapselementen (IKL) de historische veedrift onder handen genomen en zijn op de locatie van de oude gemeentestort c.q. gemeentelager de hoofdingang van het park met parkeerplaats en een ‘bikepark’ aangelegd.
De locatie is vanaf 1949 ontgrond voor de winning van grind en stol. Winning heeft tot op het grondwaterniveau plaatsgevonden en plaatselijk is tot enkele meters in het grondwater ontgrond. Vroeger bestond een opvulplicht voor groeves en deze groeve is aangevuld zoals gebruikelijk met afval. De locatie is vanaf 1965 tot 1996 als stortplaats in gebruik geweest. Hierbij is mijnsteen, zand, inert bedrijfsafval, puin en afvalgips gestort. Het gips werd als slurry via een pijplijn gestort en was een restproduct van de kunstmestfabrieken van DSM.
In de periode 1984-1988 is op het gestorte afval een tussenafdichting aangebracht bestaande uit een HDPE-folie met daarop een drainagesysteem om verontreinigd regenwater op te vangen. Dit percolaat wordt afgevoerd naar een nabijgelegen zuivering van DSM.
Op deze tussenafdichting is men toen weer verder gegaan met het storten van afvalgips tot 1996.
Het is toen een tijdje stil geweest wat gunstig is voor eventuele optredende zettingen. De stortplaats moest worden voorzien van een afdichting en dan wil je niet dat ongelijkmatige zettingen optreden die als gevolg kunnen hebben dat die afdichting kapot scheurt. In de periode 2001 – 2008 is die eindafwerking op de stortplaats aangebracht.
De eindafdichting bestaat uit een drukverdelende laag mijnsteen waarop vervolgens een waterkerende laag is aangebracht. Daardoor kan geen water meer in stortplaats komen. Drainagematten zorgen voor een snelle afwatering van het neerslagoverschot naar een nabijgelegen infiltratiebuffer. Hierop is een1-2 meter dikke deklaag grond aangebracht. Vervolgens zijn gewassen ingezaaid, struiken en bomen geplant en (wandel)paden aangelegd.
Nu zit de locatie in de nazorgfase. Dit betekent dat regelmatig metingen van de kwaliteit van het grondwater worden verricht om te controleren of er geen ongewenste verspreiding van verontreiniging plaatsvindt. Zettingsmetingen worden uitgevoerd om vast te stellen of de aangebrachte bovenafdichting intact blijft. Verder wordt overtollig regenwater afgevoerd naar een buffer waar het water kan infiltreren. Het gras wordt kort gehouden door middel van begrazing of maaiwerkzaamheden. Bekeken wordt of het mogelijk is schapen of runderen daarvoor in te zetten.
Gipsdeponie duurzaam afgedekt
Op de vroegere gipsdeponie (opslag van gipsafval) is het nu heerlijk wandelen, dankzij een druk verdelende laag van 240.000 m2 Vandolith®, een duurzame bouwstof van de firma BAG B.V. Gips lost namelijk gemakkelijk op in water, waardoor er spoelgaten zouden kunnen ontstaan. De Vandolith®-laag zorgt niet alleen voor een stabiele ondergrond, maar is tevens een slimme manier van recycling: grote hoeveelheden restmaterialen die anders op een stortplaats terecht zouden komen, vinden in dit product een nieuwe, blijvende toepassing.
Van verontreinigde grond naar veilige fundering
De bouwstof Vandolith® is ontwikkeld in samenwerking met DSM Research, om (verontreinigde) gronden uit saneringen, slib en minerale reststoffen uit de industrie op een zinvolle en veilige manier te kunnen hergebruiken. Voor de productie maakt BAG B.V. gebruik van ‘koude immobilisatie’: binding met cement(gel) en een zeer dichte materiaalstructuur zorgen voor het vastleggen en -houden (immobiliseren) van de verontreinigingen in de bouwstof. Door gebruik te maken van deze techniek kan BAG B.V. van verontreinigde grond en industriële reststoffen een veilige en duurzame bouwstof maken: Vandolith®.
Na profilering van de gips op de deponie is deze voorzien van de druk verdelende laag met Vandolith®. Hierop is een laag is grond aangebracht voor de aanleg van de grasvelden en het kunnen planten van struiken en bomen.
Milieuvriendelijke oplossing
Door hergebruik van restmaterialen behoeft er minder afval gestort te worden. Tevens wordt er bespaard op (de productie) van primaire bouwstoffen zoals zand, grind, asfalt en beton.
Hiermee wordt sterk op transportbewegingen en daarmee op de uitstoot van CO2-uitstoot.
De landweren in de gemeente Stein
Uit de oudste grensbeschrijvingen van Elsloo en Stein blijkt duidelijk dat de landweer de grens vormde.
Uit: de Bijfanck van 1462.
De grensbeschrijving van Elsloo. De rondgang langs de grenzen, de bijfanck, begon in de Drie Kuilen aan het Meldert. Hier volgde men de grens “den Graef” zijnde de landweer langs de heide (nu dus midden door Elsloo). De Landweer en de grens eindigden aan “den Beecker Grindell”. Dit punt lag ter hoogte van de spoorwegovergang Beek-Elsloo. Dit was de toegang van Beek naar de heide.
Uit: bij een oude kaart van Stein, Pater Munsters.
De oostgrens wordt daarin beschreven van de beek de Ur in het noordoosten langs een oude sloot naar de Heerstraat, om vervolgens langs de Graetheide oostelijk de landweer te volgen om het Cortenbosch (Steinerbos) en om de kamp heen langs de Heydriesch van Stein naar de Krekelsberg en dan verder tot aan de Scharstraat.
Deze grenzen kunnen we makkelijk terugvinden o.a. in oude veldwegen en restanten van de landweer in Stein op kaarten van voor 1960. Echter niet meer zo gemakkelijk op de hedendaagse kaart. Projecteren we het tracé op een recente kaart, dan zien we dat de landweren door een geheel dicht gebouwd gebied gaan.
Einde functie landweer
Na 1500 veranderen de landbouwmethoden. Was eerst het drieslagstelsel gangbaar, in de 17e eeuw gaat men steeds meer over op een methode waarbij groenbemesting een grotere rol speelt, dus geen beweiding meer door het jaar heen. Verder verdween eind 18e eeuw de constante oorlogssituatie waarin men steeds verkeerde. Hierdoor verminderde het gevaar van veediefstal. Ook het grootwild was door het inkrimpen van de heide vrijwel verdwenen en vormde geen bedreiging meer. De landweer werd daardoor overbodig.
Buiten de landweer werd steeds meer ontgonnen, maar zonder aanleg van een nieuwe landweer. De oude landweer bleef midden in de velden achter en werd omgevormd tot veldwegen (zoals in Elsloo en Urmond / Berg) of omgebouwd tot veedrift naar de nog resterende heide (Stein). De begroeiing op de resten van de landweer bleef wel bestaan en diende als gebruikshout.
Zowel de restanten van de wallen van Stein, nu genaamd de Koeveldweg bij Nieuwdorp als de Koestraat (de lendjwaer) als Urmonder veeweg zijn “bovengrondse”holle wegen. Uniek in Limburg!
Het tracé van de landweer binnen de gemeente Stein
Zolang het voormalig Graetheidegebied een landbouwgebied was, was de landweer voor het grootste gedeelte gemakkelijk in het landschap te volgen en te herkennen. Echter na de opening van de Staatsmijn Maurits en tijdens de expansie na de tweede wereldoorlog werd het landbouwgebied in snel tempo nagenoeg geheel opgeofferd aan fabrieksterreinen, autowegen en uitbreiding van de dorpen.
Het tracé van de landweer werd vooral in Elsloo en Urmond over grote lengten vernietigd. Alleen als zodanig onherkenbare restanten bleven over. Het zou goed zijn om dit historisch landschapselement door middel van markeringen zichtbaar te maken en waar mogelijk restanten te conserveren.
Ulteriori informazioni sotto
https://www.ivn.nl/afdeling/stein/heidekamppad/wat-het-heidekamppadGalleria itinerari
Mappa itinerario e altimetria
Commenti
Tracce GPS
Punti di traccia-
GPX / Garmin Map Source (gpx) download
-
TCX / Garmin Training Center® (tcx) download
-
CRS / Garmin Training Center® (crs) download
-
Google Earth (kml) download
-
G7ToWin (g7t) download
-
TTQV (trk) download
-
Overlay (ovl) download
-
Fugawi (txt) download
-
Kompass (DAV) Track (tk) download
-
Scheda tecnica (pdf) download
-
File originale dell'autore (gpx) download