Rondwandeling in het buitengebied van Venlo, meer concreet Venkoelen en Zwart Water alsmede wijk Genooi.
U start op de parkeerplaats van Restaurant Taurus, Rijksweg 181 in Velden.
Pauzegelegenheid bij: Koffieschenkerij Genuujerie
Sint Urbanusweg 77
5914 CA, Venlo, Limburg, Nederland
077-3511996
www.genuujerie.nl/
n.schoolmeesters@dichterbij.nl
Venlo is een stad in het noordelijke deel van de Nederlandse provincie Limburg en de stedelijke kern van de gelijknamige gemeente. De stad telt 39.115 inwoners (per 2012, bron: CBS). Samen met het stadsdeel Blerick vormt Venlo het stedelijke gebied in de gemeente. Dit gebied heeft 66.735 inwoners (per 2012, bron: CBS). Blerick is echter vanouds een afzonderlijk dorp, dat pas tijdens de Tweede Wereldoorlog opgenomen is in de gemeente Venlo. De stad Venlo omvat alleen het gedeelte van de gemeente tussen de A73, de Duitse grens, de A67 en de Maas. Het enige stuk op de westelijke Maasoever dat van oudsher tot de stad Venlo behoort is het voormalige Kazerneterrein, dat ten noorden van de kern Blerick ligt. Andere kerkdorpen binnen de gemeente Venlo zijn: Hout-Blerick, Boekend, Tegelen, Steyl, Belfeld, Arcen, Velden en Lomm.
Venlo is een handels-, transport- en industriestad. De stad is het centrum voor de wijde omgeving alsmede koopcentrum voor het naburige Duitse Ruhrgebied. De gemeente Venlo grenst direct aan de Duitse districten Kleef en Viersen. Venlo is gelegen aan een bocht in de Maas en heeft een historisch centrum, al heeft de Tweede Wereldoorlog erg veel schade aangericht.
Venlo kent een karakteristiek stadsdialect, dat in grondslag nog wel Limburgs is, maar ook al enkele kenmerken heeft van de Brabants-Limburgse overgangsdialecten. Daarmee vormt het een overgangsdialect. Taalkundig wordt dit overgangsgebied aangeduid als het Noord-Limburgse mich-kwartier. De bewoners koesteren dit Venloos, dat algemeen wordt gebruikt. Mede de rijke carnavalstraditie, die liedjes in het Venloos zeer geliefd heeft gemaakt, houdt het Venloos levend.
Het Tegels onderscheidt zich duidelijk van het Venloos. Ik stond onder een boom bij de school klinkt in het Tegels als ich sjting ónger einen boum beej de sjoeël en in Venloos als ik stónd ónder einen boum beej de schoeël. Het Venloos heeft in Blerick het Blericks verdrongen, dat nu enkel nog te horen is in Hout-Blerick en Boekend. Het Veldense dialect heeft zich in de richting van het Venloos ontwikkeld en staat nu relatief dichtbij het Venloos. Het oude Blericks en Veldens bevonden zich in verschillende opzichten tussen het Tegels en het Venloos: ik stóng ónger einen boum beej de schoeël. Arcen is de noordelijkste plaats waar het Limburgs gesproken wordt; boven Arcen gaan de betoningslijn en de du (dich) / gij -grens Duitsland in. Het Arcens valt nog wel net binnen het mich-gebied, maar het heeft ook al wat meer de klankkleur van het Horster dialect; Arcens: ik stónd ónder ieënen boeëm beej de schoeël.
Venlo ligt op een strategische positie, op een belangrijke kruising van wegen bij een oversteekplaats over de Maas. De nederzetting werd al in de Vroeg-Romeinse tijd ((50 v. Chr.-70 na Chr.) bewoond. Er zijn diverse vondsten van aardewerk, munten en sieraden aangetroffen die wijzen op bewoning door Romeinse militairen en geromaniseerde handelaren. Archeologisch onderzoek in en langs de Maas laat de mogelijkheid open dat hier zelfs een brug heeft gelegen. Na de derde eeuw blijft de nederzetting bij de huidige binnenstad van Venlo een aantal eeuwen onbewoond. Er zijn geen sporen uit de Laat-Romeinse tijd bekend. Wel zijn er sporen van bewoning tot in de zevende eeuw gevonden aan de westzijde van de Maas, in Blerick, langs de noord-zuid verbinding Nijmegen-Maastricht-Tongeren.
Lange tijd werd ervan uitgegaan, dat het Duitse plaatsje Kaldenkirchen, net over de grens, de Romeinse legerplaats Sablones zou zijn geweest. In november 2010 liet de stadsarcheoloog van Venlo, Maarten Dolmans, zich tegenover Duitse media ontvallen dat het veel aannemelijker is dat Venlo zelf de Romeinse legerplaats is geweest.
In de middeleeuwen was de stad Venlo een belangrijke handelsplaats aan de Maas, zelfs te vergelijken met Duitse plaatsen als Keulen, Spiers en Worms. Venlo behoorde tot het Gelderse Overkwartier en die lid was van de Hanze. In 1481 trad Venlo tot het Hanzeverbond toe. Hoewel het Hanzeverbond toen al over zijn hoogtepunt heen was betekende Venlo's lidmaatschap toch een erkenning als tamelijk belangrijke handelsstad.
Het hertogdom Gelre kwam als laatste gewest bij de val van Venlo in 1543 de facto, en bij het Tractaat van Venlo de jure in handen van keizer Karel V, die het met de rest van zijn Nederlandse bezittingen verenigde. Vanaf 1590 was Gelre gesplitst in een noordelijk en een zuidelijk deel en behoorde het zuidelijke, het Overkwartier, tot de Zuidelijke Nederlanden. In de 17e eeuw was Venlo afwisselend Spaans en Staats bezit. De Spaanse Successieoorlog leidde vervolgens tot het Barrièretractaat, waarbij het Overkwartier tijdens de Vrede van Utrecht in 1713 werd opgedeeld tussen Pruisen, Oostenrijk en de Nederlandse Republiek. De stad werd onderdeel van de Republiek en kwam te liggen in het Generaliteitsland Staats-Opper-Gelre.
Heel Staats-Oppergelre werd in 1795 door de Fransen veroverd. Na hun vertrek ging Venlo tot de nieuwgevormde provincie Limburg behoren, binnen het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. Anders dan de rest van Limburg werd Venlo (evenals het gebied van de stad Maastricht) geen lid van de Duitse Bond. Bij de Belgische Opstand koos bijna geheel Limburg, en ook Venlo, de kant van de Belgen maar bij de vredesregeling werd Limburg gesplitst en kwam Venlo bij Nederland. Halverwege de 19de eeuw werden de stadsmuren gesloopt en breidde de stad zich flink uit over de buitengebieden en langs de toegangswegen. Op 9 november 1939 vond in Venlo het Venlo-incident plaats, waarbij twee Britse agenten door de Duitse Gestapo werden gevangengenomen. Aan het eind van de Tweede Wereldoorlog leed Venlo veel schade, mede doordat de frontlinie drie maanden lang door het centrum liep. Tot oktober 1944 was Venlo nauwelijks getroffen door de oorlog maar dat veranderde toen de gevechtsfronten Limburg naderden. Bij hevige geallieerde bombardementen op de strategische Maasbrug en het nabije Duitse vliegveld, werd ook het stadscentrum deels verwoest en kwamen veel burgers om. De stad werd op 1 maart 1945 bevrijd door de Amerikanen van de US 9th Army tijdens de operatie Grenade.
In januari 2008 werd bekendgemaakt dat Venlo een universitaire studie krijgt. Het gaat om de eerste universitaire opleiding ter wereld die zich richt op de filosofie voor milieuneutrale economie, genaamd cradle to cradle (C2C). De eerste lessen werden gegeven in 2011.[ Ook vestigen andere universiteiten enkele opleidingen in Venlo. Verder wordt Venlo de Europese hoofdstad voor de uitgifte van C2C-certificaten. Deze toekenning is gedaan door het Cradle to Cradle Products Innovations Institute in San Francisco.
In 2010 is verder begonnen met de ontwikkeling van de Maaswaard, ten zuiden van de stadsbrug. Tegen het einde van 2011 is het deelplan "Crescendo" gereed gekomen, waarna de eerste bewoners hun intrek namen in dit woonzorgcomplex. Verder staat in dit gebied het Nedinscogebouw, dat tegen het einde van 2011 in de steigers is gegaan voor renovatie. Als deze renovatie, volgens planning aan het eind van 2012, klaar is, zal het een mediahuis herbergen. De media die het pand gaan betrekken zijn in ieder geval Omroep Venlo en L1; de Venlose vestiging van Dagblad De Limburger was eveneens in het pand gepland, maar de krant heeft te kennen gegeven hiervan af te zien. Daarnaast worden er stadswoningen gerealiseerd, en neemt een aantal afdelingen van de gemeente haar intrek in 2 verdiepingen. De rest van de ambtenaren zal worden gehuisvest in het eveneens in de Maaswaard geplande nieuwe stadskantoor.
Velden (Limburgs: Velde) is een dorpskern van de gemeente Venlo in Nederlands Limburg, zo'n 5 kilometer ten noorden van de stad Venlo en 7 kilometer ten zuiden van Arcen. Het bevat onder meer de vroegere buurtschappen Schandelo, Hasselderheide, Hasselt, Solingerhof en Het Vorst.
Velden behoorde bij het Overkwartier van Gelre of Spaans Opper-Gelre. Tijdens de Spaanse Successieoorlog door het uitsterven van het Spaanse Koningshuis, werd het door Pruisische troepen bezet, en zo bleef het als deel van Pruisisch Opper-Gelre ongeveer een eeuw lang Duits (tot 1814). Vervolgens kwam het bij het Koninkrijk der Nederlanden, waarbij bepaald werd dat over een afstand van een kanonschot vanaf de Maas de grens met Duitsland kwam te liggen. In 1830 werd meegedaan aan de Belgische opstand en bij het Vredesverdrag van Londen in 1839 kwam het bij de Duitse Bond totdat het gehele gebied er in 1866 uitstapte en het definitief in Nederland is komen te liggen.
Het Zwart Water is een gevarieerd natuurgebied rond de Venkoelen, een oude meander van de Maas. Het bestaat uit vochtige en droge bostypen, grasland en kleine heide-restanten. Het gebied kenmerkt zich door de veelzijdigheid aan grond-typen, waarvan de oudste stammen uit het Perm.
De Weerd, onderdeel van het Zwart Water, is een berken-eikenbos tussen Venlo en Velden. Het grootste water in het gebied is de Venkoelen, gelegen in een oude Maasbedding. De plas is ontstaan door vervening tot in het begin van de 19e eeuw. Ook was hier de winning van rivierklei mogelijk voor de baksteen-industrie. De achtergebleven gronden zijn tegenwoordig grasland, heide en bos in de omgeving van de Ossenberg. Een bijzonder bostype, nog herkenbaar aan de boomsoorten die er staan, is het zogenaamde stadsbos. Na de Tweede Wereldoorlog werd dit ingericht als park met een grote afwisseling van boomsoorten. In 1971 kocht de natuurvereniging Het Limburgs Landschap de eerste delen van het Zwart Water aan.
Het Zwart Water is in 2001 geheel uitgebaggerd. De verlanding kan nu opnieuw beginnen. Het Diepbroek en Schaapsbroek zijn grotendeels bedekt met open berkenbroekbos. Langs de randen van de broekgebieden liggen opgestoven rivierduinen. Deze zijn nu veelal met berken-eikenbos begroeid. Verspreid over de graslanden ligt een aantal drinkpoelen. De Venkoelen is een belangrijke broedplaats voor amfibieën. Ieder voorjaar wordt de Schandeloselaan, die dwars door het gebied loopt, ter hoogte van de plas 's nachts voor gemotoriseerd verkeer afgesloten om de paddentrek ongestoord te laten verlopen.
Het dichte netwerk van wandelpaden is vrij toegankelijk voor wandelaars en ruiters. In de Weerd zijn echter geen wandelpaden aanwezig, maar het is vanaf aangrenzende wegen uitstekend te overzien.
De Kapel Onze Lieve Vrouw van Genooi is een kleine rooms-katholieke kapel in het noorden van Venlo en stamt uit 1423, gebouwd naar het voorbeeld van de kapel van Loreto in Italië.
De kapel bevindt zich aan de westzijde van de Genooierhof, een hoeve met stallen, schuur, tuin en boomgaard. Aan de oostzijde van deze hoeve, naast een stadscamping, het processie- en kruiswegpark, welk aan de rand van de wijk Genooi ligt. Dit gebied behoort tot de vroegere Venlose bantuin. Evenals het Italiaanse heiligdom in Loreto bestond de Genooise kapel uit een enkele beuk, langwerpig van vorm, met koor. In de witgekalkte muren waren vierkante raamopeningen aangebracht. Op het spitse dak stond een torentje. Voor de kapel lag oorspronkelijk een beek of gracht, die ook de Genooierhof omgaf.
De benaming Genooi is afgeleid van den Oede, waarbij gen een oud aanwijzend lidwoord is (die of dat) en Oede (Ooij) buitengebied betekent. Omdat dit klooster (en dus ook de kapel) in het buitengebied lag, werd het klooster bekend als het klooster in den Oede ofwel in gen Ooij.
Aanvankelijk maakte het kapelletje deel uit van het klooster Mariadal van de zusters Annunciaten, maar het klooster werd in de Tachtigjarige Oorlog verwoest en alleen de kapel bleef onaangetast. In 1829 verlieten de zusters Annunciaten Venlo, en droegen de kapel over aan de Sint-Martinusparochie.
In 1797 werd het stoffelijk overschot van de zaligverklaarde annunciate Agnes Huyn (1613-1641) herbegraven voor het altaar in de kapel, nadat zij in eerste instantie was bijgezet in de kapel van het klooster Trans-Cedron (het latere klooster Mariaweide dat in 1944 werd verwoest door een bombardement). In het portaal van de kapel hangt nog steeds een portret van Agnes Huyn (18e-eeuws; olieverf) naast dat van de stichteres van de Annunciaten, Johanna van Valois (1464-1505)
In 1882 wordt al melding gemaakt van een kruisweg en een calvarie bij de kapel. Mogelijk zijn deze later vernieuwd, want op paasmaandag 1927 werd het processiepark, met de daarin gelegen calvariegroep ingewijd. Begin april 1933 gaf Guillaume Lemmens, bisschop van Roermond, toestemming om een kruisweg in dit processiepark op te richten.
In 1917 werd de kapel gerestaureerd en vergroot naar een ontwerp van de Roermondse bouwmeester Pierre Cuypers. Hij paste zijn ontwerp aan op de inmiddels gegroeide situatie met bestaande uit- en aanbouw. Hij integreerde deze in de kapel, daarbij de langwerpige vorm en het koor handhavend. Aan de buitenzijde van het koor werden in de vorm van een klaverblad drie apsissen gebouwd met in totaal 15 gebrandschilderde ramen, die de 15 geheimen van de Rozenkrans verbeelden. De uit Venlo afkomstige bisschop van Roermond, Laurentius Schrijnen, zegende de vergrote kapel in op 20 mei 1917.
Pelgrimage
In november 1970 werd een anti-abortuspelgrimage gehouden naar de kapel, waaraan zo'n 100 Venlonaren deelnamen. Gedurende de laatste decennia is de Maria-cultus sterk geïndividualiseerd. Hoewel er regelmatig buitenlucht-missen gehouden worden, komen zeker de Venlonaren die door de week een bezoek aan de kapel brengen op eigen gelegenheid. Bij de viering van het 350-jarig jubileum in 1981 (de kapel werd pas in 1631 in gebruik genomen) werd een boek en een grammofoonplaat uitgegeven. Op kerkelijke of persoonlijke, familiale hoogtijdagen komen bezoekers nog wel groepsgewijs, meestal in gezins- of familieverband. Dit kan gezien worden als een belangrijke karakteristiek en ook constante van de 20e-eeuwse devotie van O.L. Vrouw van Genooi, die ook in liederen en gedichten wordt onderstreept: Ondanks de secularisatie geniet de kapel nog altijd grote belangstelling, met name van wandelaars die de Pieterpad-route nemen en pelgrims uit zowel de Noord-Limburgse regio als het Duitse grensgebied. Maar ook Venlonaren bezoeken de kapel regelmatig, voor troost, genezing, vergeving of bemoediging door middel van het branden van een kaars. Lieve Vrouw Hulp der Christenen, zoals de officiële titel van Maria van Genooi luidt, is deel van de christelijke volksdevotie in Venlo. Elke maand worden er gemiddeld 15.000 kaarsen aangestoken.
Further information at
https://www.youtube.com/watch?v=ze7c0nOPlsMgaléria trás
Mapa trasy a výškový profil
komentáre
GPS trasy
Trackpoints-
GPX / Garmin Map Source (gpx) download
-
TCX / Garmin Training Center® (tcx) download
-
CRS / Garmin Training Center® (crs) download
-
Google Earth (kml) download
-
G7ToWin (g7t) download
-
TTQV (trk) download
-
Overlay (ovl) download
-
Fugawi (txt) download
-
Kompass (DAV) Track (tk) download
-
list trasy (pdf) download
-
Original file of the author (gpx) download