1e deel van onze tocht van Faro naar Lissabon en omgeving in oktober 1996.
Destijds schreven we;
1e dag. Op een mooie zonnige oktoberdag fietsen we naar het vliegveld . Een beter begin van een fietsvakantie kun je eigenlijk niet bedenken. Op het vliegveld even de fietsen inpakken en vliegen maar. Een paar uur later aangekomen op het vliegveld van Faro schenken we de fietsdozen aan het personeel en stappen we op de fiets richting Faro.
Omdat het vroeg donker zal zijn is er wat haast geboden. We fietsen dwars door Faro, een relatief klein stadje en vervolgen de route oostwaarts via de N125. Helaas vinden we de camping niet voordat het donker is, maar het is gelukkig niet al te laat als we op de camping van Olhao arriveren. Een zeer rustige camping, als je het spoor direct naast de camping even vergeet. We gaan vroeg naar bed en zien morgen wel waar we terecht zijn gekomen. We zijn beiden nog nooit in Portugal geweest.
2e dag. Met mooi "zomerweer" fietsen we verder over de N125 richting Spanje. Helaas zijn er geen kleine weggetjes langs de kust, zodat we wel genoodzaakt zijn om de gelukkig niet al te drukke doorgaande weg te nemen.
Bij de mooie vissersplaats Tavira pauzeren we in de haven.
Voor de kust liggen zandbanken met daarop de veel bezochte stranden. Omdat het ons geen goed idee lijkt de oversteek te wagen met een veerbootje en dan onze fietsen in het mulle zand verder te slepen, fietsen we door richting Spanje. Het lijkt ons leuk om de grensrivier Guadiana over te steken en naar de playa te gaan in plaats van naar de Praia.
De kuststrook is een natuurreservaat met veel duinvegetatie en lagunen. Het is een belangrijke overwinteringsplaats voor miljoenen trekvogels.
Die dag arriveren we even voor de grens in Monte Gordo. Daar zullen we 2 nachten blijven om te "acclimatiseren".
3e dag. We verkennen de omgeving. Het toeristenseizoen is echt afgelopen. Veel hotels, restaurants e.d. zijn gesloten. Het is niet echt gezellig, omdat het is opgezet voor een veel groter aantal mensen dan er nu aanwezig zijn. Wij fietsen die dag richting grens tot aan Castro Marim.
De brug is helaas voor ons fietsers verboden gebied, maar gelukkig zien we vanaf het oude fort de veerboot naar Spanje. Morgen zullen we de oversteek wagen. Op de kade van Vila Real de Santo António zijn leuke restaurants, waar je lekker Portugees kunt eten.
4e dag. Deze dag staat in het teken van Spanje. We nemen dezelfde route als gisteren, maar maken nu de oversteek. Aan de Spaanse zijde van de rivier ligt het plaatsje Ayamonte. We wisselen daar wat geld voor peseta's en vervolgen onze route langs en over de vele golfterreinen naar het strand bij Isla Canela. Het strand is bijna voor ons tweeën, maar de zee is koud, veel kouder dan we hadden verwacht. Ja, het is natuurlijk wel de oceaan en niet de middellandse zee.
5e dag. Dit wordt de eerste echte fietsdag. We besluiten dezelfde weg terug te gaan tot aan Tavira. Meer keus is er ook niet. Vanaf Tavira fietsen we door het binnenland via Loulé richting Albufeira. Het is een rustige weg en we krijgen gelijk al een indruk van het binnenland. Veel kurkeiken, olijf- en vijgebomen. Een mooi gevarieerd landschap.
De automobilisten in Portugal moeten wel altijd zonodig even claxonneren als ze ons achterop komen. Dit zullen ze wel geleerd hebben, want auto's zijn natuurlijk een gevaar en Portugese fietsers kennelijk erg onhandig. Erg irritant en dit zal de hele reis zo blijven.
Aan het einde van de dag komen we aan in het toeristisch Albufeira, met een vierbaansringweg en veel grote hotels. We kijken nog even in het oude centrum en vanaf de rotsen naar het strand, maar besluiten toch om nog iets door te fietsen, naar de camping van Armacao de Pera.
Dit is helaas net zoals Albufeira een verschrikkelijke plek, voor mensen die niet alleen naar het strand en de disco gaan. Veel grote hotels en omdat we buiten het seizoen zijn, lijkt het nu wel uitgestorven.
6e dag. We zitten al vroeg op de fiets richting Lagos. Lagos is een oude vestingstad. We nemen ons voor om hier wat langer te blijven. De afstand naar Lagos is relatief kort, zodat we alle tijd hebben om wat indrukken op te doen in het plaatsje. We pauzeren eerst uitgebreid in de haven waar veel jachten en vissersboten liggen. Onze eerste indruk is zeer goed. Het is een wat ouder plaatsje met een ommuurde binnenstad. De camping lijkt echter wel uitgestorven. Er staan misschien drie tenten, terwijl er misschien wel 300 of meer zouden kunnen staan. Ja lekker rustig, maar niet gezellig. Vanaf de camping loop je zo naar de rotskust. Wil je zwemmen dan moet je wel een eind naar beneden klimmen, waar een wel heel erg klein strandje is, precies voldoende voor ons.
7e dag. Vandaag fietsen we naar de hoek van Europa, Cabo de São Vicente. We proberen zoveel mogelijk de kust te volgen en nemen dus de kleine weg via Burgao. Bij Budens komen we weer op de grotere doorgaande weg. Er staat die dag een felle westenwind. Bij Sagres aangekomen hebben we het wel een beetje gehad, maar we zien daar gelukkig de vuurtoren en het fort van Cabo de São Vicente al. Even doorzetten tot het eind van deze weg. Hier aangekomen zien we dat het zeker de moeite waard is. Het water beukt diep onder ons op de rotsen. Amerika kunnen we helaas niet zien.
Vanaf de rotsen die zeker 50 meter uittoren boven de zee wordt veel gevist op sardines met zeer lange hengels. Ik vraag me af of de vissers de dobbers uberhaupt wel kunnen zien.
De terugweg verloopt met de wind in de rug gelukkig wat vlotter. We fietsen dezelfde weg terug. Bij het dorpje Sagres dat beschut in de baai ligt zoeken we het strand op. Na voldoende van het strand te hebben genoten trappen we rustig terug naar "huis", weer een geweldige vakantiedag.
8e dag. Rustdag! Het weer is wat minder, wat motregen en bewolking, waardoor deze dag zich goed leent om de stad en omgeving eens te bezoeken. Vanaf de camping gaan we via de rotskust naar het stadje. Het is een wat langere klim dan we hadden verwacht.
Tijdens onze wandelingen worden we vaak begeleid door zwerfhonden die je op enkele meters afstand volgen. Huisdieren worden hier veel aan hun lot overgelaten en zeer slecht behandeld, wellicht hopen ze dat wij een goed baasje zullen zijn, maar ja dat zijn wij niet. Je moet echt zeer behendig zijn om deze beesten op een diervriendelijke manier kwijt te raken.
9e dag. We besluiten via de Serra Monchique naar het noorden te gaan. De zuid-oostkant van dit gebergte is zeer fraai, met mooie ongerepte bossen. Achter ons zien we nog lang de oceaan liggen. Na de afslag bij Casais wordt het landschap saaier. Het landschap lijkt hier geleden te hebben van een grote bosbrand. Veel open vlakten en verschroeide bomen. We stijgen hier tot zo'n 570 meter op de hielen gezeten door een pruttelend brommertje. Bij de afdaling raken we hem gelukkig weer kwijt, hij is sneller.
Aan het einde van de dag komen we aan in Aljezur een leuk plaatsje waar ik zeker wel op de camping zou willen staan, dus we volgen trouw het bordje naar de camping. De camping blijkt echter kilometers verder te liggen onder bij de kust. In de buurt van de camping wordt veel gebouwd, maar de erg versnipperde leeg staande bebouwing maakt een naargeestige indruk. Gelukkig is de campingwinkel open. Een campingwinkel betekent in dit seizoen in Portugal een paar half lege schappen, waarop altijd wel een blikje vis, rijst en wat wijn staat. De camping is op een camper en een leegstaande tent na geheel voor ons. 's Avonds maken we het gezellig met een kampvuur.
10e dag. Na een lange nacht lokt de zon ons weer op de fiets, het avontuur tegemoet. De ochtend begint met een vervelende klim, maar na een poosje fietsen komen we in een geheel ander landschap terecht. Het lijkt wel een polderlandschap met veel koeien, irrigatiekanalen en veel groen. Het gebied is zeer dunbevolkt, maar ik zou me zo kunnen voorstellen dat een boer uit Groningen zich hier snel thuisvoelt. De wegen hier zijn recht en lang, dus niet echt leuk om te fietsen ofschoon het wel vlak is. Even voor onze eindbestemming van die dag Vila Nova de Milfontes verandert het landschap, we komen wat dichter bij de kust en in de rivierdelta van de Rio Mira.
Nadat we de rivier zijn overgestoken dalen we af naar het plaatsje Vila Nova de Milfontes. Het lijkt wel of het plaatsje net uit de grond is gestampt. Veel nieuwe huizenblokken, waarvan de helft nog moet worden afgebouwd. Tussen al deze (nog) ongezellige bouwsels ligt onze camping. Het leek ons aanvankelijk aardig om hier wat langer te blijven, maar de volgende dag besluiten we uiteindelijk toch om verder te gaan.
11e dag. Vandaag wordt het leuker denken we. We volgen de kust zoveel mogelijk langs nieuwe bijna verlaten toeristenplaatsjes. Regelmatig komen we terecht in grote vluchten van wel duizenden libellen. Het zijn prachtige beesten om te zien, maar als er zoveel recht op je afvliegen is het wel een ander geval. We kunnen echter niets anders doen dan met een gebogen hoofd verder fietsen. In het noorden zien we grote schoorstenen opdoemen van de industrie bij Sines. Via een met Europese subsidie uit de grond gestampte nagenoeg lege snelweg passeren we de stad. De havenplaats maakt geen aantrekkelijke indruk dus we denken er niet over om er te stoppen. Hoewel de weg oogt als een vierbaans snelweg rijden er tractoren en kunnen wij er dus ook fietsen. Aan het einde van de dag dreigt het te gaan regenen. We besluiten om de camping wat eerder te gaan opzoeken. Op de camping worden we echter geweigerd, omdat we geen campingcarnet hebben. Met een paspoort nemen ze geen genoegen. De volgende camping geeft hetzelfde resultaat. Uiteindelijk komen we in het donker en nog net voor de eerste druppels vallen op een camping waar ons niets wordt gevraagd ook geen geld. We eten deze avond onder de partytent van onze niet aanwezige buren, en mokken nog een poosje over de belachelijke behandeling door de campingportiers.
12e dag. De hele nacht heeft het geregend en het wil maar niet ophouden. We breken onze tent 's ochtens wel op, maar blijven schuilen in de kantine. Behalve wat personeel is er verder niemand op de camping aanwezig. Tegen de middag begint het wat lichter te worden in de lucht en nemen we de beslissing om verder te fietsen. Via de lange zandweg door de duinen en het bos, die we de vorige avond in het donker hebben gereden, komen we weer op de doorgaande weg. We rijden langs het natuureservaat Esturio do Sado, een wetland. Rechts kijken we over dit natuurpark met veel geulen en slik, links liggen duinen met daarachter het strand en de oceaan. Het lijkt wel een beetje op het wad en de duinen in Nederland.
Aan het eind van dit schiereiland nemen we de pont naar Setubal. Aangekomen in Setubal gaan we via een nare slechte weg en achterna gezeten door een blaffende hond door het al donkere havengebied naar de camping aan zee.
13e dag. Het centrum van Setubal ligt op loopafstand van de camping. Setubal is een grote havenstad met veel industrie, maar het heeft een mooi centrum met veel oude gebouwen en kerken. Vandaag gaan we de stad te voet bekijken en 's avonds lekker vis eten op een mooi terras.
galéria trás
Mapa trasy a výškový profil
komentáre
De tocht is gemaakt in 1996 en dus voor ons een pre-GPS route.
Met het programma Map Source, Google Earth & De Website GPS Visualiser hebben we getracht er een goede GPS track van te maken.
Hoewel we niet precies weten hoe het er tegenwoordig uitziet, lijkt het ons aardig gelukt.
We hopen dat anderen ook iets aan deze informatie hebben, maar je moet ons er niet op vastpinnen als der met name in de stedelijke agglomoraties een paar waypoints niet helemaal goed staan.
GPS trasy
Trackpoints-
GPX / Garmin Map Source (gpx) download
-
TCX / Garmin Training Center® (tcx) download
-
CRS / Garmin Training Center® (crs) download
-
Google Earth (kml) download
-
G7ToWin (g7t) download
-
TTQV (trk) download
-
Overlay (ovl) download
-
Fugawi (txt) download
-
Kompass (DAV) Track (tk) download
-
list trasy (pdf) download
-
Original file of the author (gpx) download